Beginnen met wielrennen: dit moet je weten en hebben

Geen sport zo makkelijk als fietsen. Maar vóór je die fiets opstapt, is er nog wel het een en ander waaraan je moet denken. Een helm, fietskleding, een route, harde banden. En een fiets. Ook niet onbelangrijk. Streep dus even het onderstaande lijstje af als je gaat beginnen met wielrennen, dan kun je met een gerust hart de weg op.

Fietskleding

Is belangrijker dan je denkt. Wil je weten hoe belangrijk? Ga dan maar eens een ommetje maken in dat Nike-broekje waarmee je normaal de lokale sportschool doorslentert. Gaat je zitvlak niet fijn vinden. Koop trouwens niet meteen de halve Decathlon leeg, maar begin met het essentiële.

De helm

Als we het over het essentiële hebben. Dat gaat wel op voor de helm. En ja, helaas moet de eerste mooie fietshelm nog gemaakt worden. Maar zo’n paddenstoel op je hoofd is wél belangrijk. Met hoge snelheden en dunne bandjes ben je namelijk nét wat vatbaarder voor valpartijen dan andere weggebruikers.

De broek

Een fietsbroek – inderdaad, zo’n strakke – met voering voor onder je billetjes is dus essentieel als je een beetje comfortabel en pijnloos op de fiets wilt zitten. Een tip: koop er sowieso 1 mét bretels. Doe je dat niet? Ook prima. Maar weet wel dat de kans groot is dat je dan iedere halve minuut ongemakkelijk naar je broek moet graaien omdat ie afzakt.

Ohja, draag trouwens vooral géén ondergoed onder die broek. Voor de duidelijkheid: geen ondergoed. Doe je dat wel, dan beleef je namelijk op z’n minst een hoogst oncomfortabele rit en zeer waarschijnlijk zelfs een zeer pijnlijke. Geen ondergoed dragen dus. Beetje een raar idee misschien, maar het went gauw.

Het shirt

Ohja, een fietsshirt is trouwens ook handig. Kun je je mobiel in kwijt. En eten voor onderweg. En je pinpas, identiteitskaart, kauwgom of wat het ook is dat je graag meeneemt terwijl je tevreden op je tweewieler door de Nederlandse polders tuft. Nog een voordeel: zo’n fietsshirt maakt je nét iets minder traag dan een wapperend wijd windhappend sportshirt.

Let wel: het bovenstaande is maar een mening. Als jij al je spullen gewoon in je fietstasje kwijt kunt en lekkerder fietst met een wapperend shirt, moet je dat vooral lekker doen. 

De fietsschoenen

Eerlijk: de meeste fietsschoenen zijn lelijk. Ze komen in lelijke kleurstellingen en zien er dikwijls uit alsof ze uit het actieschap bij de Wibra komen. Maar ze zijn wel handig. Want met je gewone sportschoentjes kun je een stuk minder kracht zetten en sta je lang niet zo stevig op je trappers. Ben je ijdeler dan de gemiddelde tiener op zuipvakantie in Chersonissos? Zet die schaamte dan dus opzij.

Beginnen met wielrennen is trouwens niet lastig, maar wel even wennen. Zeker omdat je je schoenen in je pedalen moet klikken. Goed voorbereid op pad? Lees dan hier alles over klikpedalen.

Ohja. Voor fietskleding hoef je trouwens niet meteen je hele spaarpot leeg te kieperen. Kijk bijvoorbeeld eens op Marktplaats. Staat genoeg prima ongebruikte kleding op. Is lekker goedkoop, en duurzaam bovendien. Liever nieuw? Ook begrijpelijk. Weinig zo bevredigend als een PostNL-bezorger aan je deur met nieuwe fietskleding.

De fiets

Hoeft zeker geen fortuin te kosten. Is ook zonde, als je voor een vermogen een nieuwe fiets koopt en vervolgens blijkt dat je er geen reet aan vindt. Kijk dus vooral lekker op Marktplaats. Daar vind je genoeg prima fietsen voor rond de €500. Of voor meer, als je meteen wilt splashen. 

Let trouwens wel: de laatste jaren zijn nieuwe fietsen moeilijk verkrijgbaar. En daarom zijn de fietsen op Marktplaats ook aan wat inflatie onderhevig. Weet je dus al helemaal zeker dat fietsen voor jou de sport gaat zijn en dat je fiets niet al na een paar moeizame ritjes stof staat te happen achterin je schuur? Ga dan lekker voor een nieuwe. 

Dan profiteer je namelijk ook nog eens van de kennis van je lokale fietsenboer.Hij of zij adviseert je ongetwijfeld met liefde. Heb je ook meteen een adresje voor je jaarlijkse onderhoudsbeurt.

Hoe lang moet ik fietsen?

Geen idee! Zoek het uit. Nee, echt: zoek het uit. Begin met een testrondje van een uur, en probeer daarna eens wat langer weg te gaan. Zoek uit wat voor jou prettig voelt en wat voor jou enigszins uitdagend, maar niet demotiverend is. Sommigen vinden het heerlijk om urenlang op een fiets te tuffen, anderen staan liever na een uurtje weer onder de douche. Let in het begin ook zeker niet te veel op het gemiddelde tempo. Komt later wel, als je echt bezeten raakt.

Hoe kies ik de juiste route?

Geen idee! Zoek het uit. Nee, echt: zoek het uit. Bepaal vooraf hoeveel kilometer je wilt maken, kijk even op afstandmeten.nl waar je ongeveer naartoe kunt en stap je fiets op. Maak je vooral geen zorgen als je onderweg even een afslag mist, want het Nederlandse fietswegennet is top of the bill en leent zich er prima voor om een beetje te freestylen. 

Wat inspiratie op doen? Kijk eens op de site van de ANWB. Die routes zijn niet alleen tof voor matchende bejaarden, maar ook voor op de racefiets. Zelfde geld voor deze site. Of deze.

 

Je banden

Die moet je goed oppompen. Véél harder dan je normale stadsfiets. Denk wel even aan de maximale spanning van je banden, uiteraard. Ga dus niet zomaar als een dolle lopen pompen. Op je de binnenkant van je fietsbanden staat precies aangegeven hoeveel bar er maximaal in de fiets kan.

Wat als er onderweg iets gebeurt?

Da’s vervelend. Maar niet ondenkbaar. Om zelf wat ellende te voorkomen: gebruik gewoon je verstand tijdens het fietsen. Ga dus geen gestoorde inhaalmanoeuvres uithalen of als een dolle stier op een tweewieler door rood rijden. Maak je geen vrienden mee. Wel brokken. En is ook slecht voor de (toch al bedenkelijke) reputatie van wielrenners.

Gelukkig ben jij toch niet zo. Maar hoe voorzichtig je ook bent: er kan altijd iets gebeuren. Zorg dus dat je goed voorbereid op weg gaat. Neem altijd je pinpas, identiteitskaart en OV-chipkaart mee. Is waarschijnlijk niet nodig, maar wel handig in het geval dat je fiets er op 60 kilometer van huis ineens de brui aan geeft en er geen fietsenmaker in de buurt is.

En ook belangrijk: neem een extra binnenband mee. Het liefste twee. En een fietspompje voor onderweg, én een bandenplakset. Is de wereld van de fiets helemaal nieuw voor je en krijg je al paniekaanvallen bij de gedachte aan het plakken van een band? Wees gerust. Bandenplakken is een fluitje van een cent. Zeker als je er even een filmpje bij pakt.

Toegegeven: een ommetje met de benenwagen vereist minder voorbereiding. Maar met wat voorbereiding beleef je héél wat meer plezier en minder ongemak tijdens je eerste fietstocht. Doe dus vooral je voordeel met de bovenstaande lijst. Of niet natuurlijk, dat moet je zelf weten.

---